Het EK voetbal werd voor het eerst georganiseerd in 1960. In die tijd waren er nog maar vier landen die zich kwalificeerden voor het eindtoernooi. Zij speelden hun wedstrijden in het Stade Vélodrome in Marseille en het Parc des Princes in Parijs, waar de finale tussen de Sovjet-Unie en Joegoslavië plaatsvond. Frankrijk had dus de eer om het eerste gastland te zijn. Tot 2000 was er altijd maar één land waar het EK van dat jaar gespeeld werd. Nederland en België doorbraken die traditie door gezamenlijk Euro2000 te organiseren. In 2020 gaat de UEFA zelfs nog een stap verder. Er zijn maar liefst dertien speelsteden geselecteerd in dertien verschillende landen. Zo wordt het echt een Europees evenement waar voetballiefhebbers uit werkelijk alle uithoeken naartoe kunnen.
Een paar weken voordat het EK van start gaat, neemt de spanning bij de fans snel toe. De winkels komen vol te liggen met vlaggen, T-shirts, pruiken en allerlei andere spullen die de stemming er tijdens de wedstrijden in moeten brengen. In de laatste paar weken wordt er achter de schermen hard gewerkt om alle puntjes op de i te zetten. Daarmee komt een jarenlange voorbereiding ten einde. Voor zowel de UEFA als voor de Europese voetballanden begon het allemaal in maart 2012. De deelnemende landen werden uitgenodigd om zich aan te melden als gastland voor het EK 2020. Twee maanden later bleek dat het animo groot was.
Nadat de geïnteresseerde landen hun plannen bekend hadden gemaakt en in gesprek waren geweest met de UEFA, nam de Europese voetbalbond een opvallende beslissing. Niet één, niet twee, niet drie, maar er werden dertien landen geselecteerd die allemaal een aantal wedstrijden voor het EK mogen verzorgen. De timing speelt hierbij ongetwijfeld een rol. In 2020 bestaat de UEFA namelijk zestig jaar. En hoe kan dat beter gevierd worden dan met een voetbalfeest waar heel Europa deel van uitmaakt?
In het verleden werd het Europees Kampioenschap meestal in één van de grotere landen gehouden. Frankrijk was het gastland tijdens het EK 2016, voor het toernooi van 1996 moesten de voetballers afreizen naar Engeland en het legendarische EK van 1988 vond plaats in Duitsland. Voor de kleinere landen was het lastig om zo’n groot toernooi op zich te nemen. Door het grote aantal wedstrijden in vooral de groepsfase zijn er al snel acht of negen grote stadions nodig. Bovendien stelt de UEFA behoorlijk hoge eisen aan deze stadions. Dat begint al bij de capaciteit. Bij het EK 2020 moeten de stadions voor de groepsfase en de achtste finales minimaal 50.000 zitplaatsen hebben. Om in aanmerking te komen voor de kwartfinales zijn er minstens 60.000 zitplaatsen nodig. En heeft een land de ambitie om de halve finales en de finale te laten spelen? Dan moet er een stadion beschikbaar zijn waar 70.000 supporters (of liever nog wat meer) in kunnen. Behalve capaciteit spelen ook factoren als bereikbaarheid en goede accommodatiemogelijkheden een grote rol.
Vooral de eisen aan de stadions maken het voor kleine landen lastig om het EK te organiseren. Dat is de reden dat Nederland en België besloten om hun krachten voor Euro 2000 te bundelen. Sindsdien zijn meer landen een samenwerking aangegaan. In 2008 gingen Zwitserland en Oostenrijk de uitdaging aan en in 2012 waren Polen en Oekraïne de twee gastlanden. Nu er dertien landen zijn die zich gastheer mogen noemen heeft heel Europa het gevoel dat ze onderdeel zijn van de UEFA-voetbalfamilie. En dat gaan we vast terugzien in de sfeer die er tijdens het EK 2020 hangt.
Van Londen tot Sint-Petersburg en van Kopenhagen tot Bilbao: het EK 2020 is overal. De dertien steden zijn niet uitgekozen omdat ze zo mooi zijn om te bezoeken of omdat het nationale elftal zo goed presteert. Waar de UEFA wel op heeft gelet, is of er een internationaal vliegveld in de buurt is. Wil jij één van de vele fans zijn die een EK-wedstrijd bijwoont? Dit zijn de dertien speelsteden waar je naartoe kunt.
Laten we meteen maar met de belangrijkste stad van het EK 2020 beginnen: Londen. Hier vinden namelijk de twee halve finales én de finale plaats. Vanuit Nederland is het maar een korte vlucht naar Londen. Er zullen dus zeker grote groepen Nederlanders naar één van die drie wedstrijden gaan in het Wembley stadion gaan. Vanaf de Londense vliegvelden reis je gewoon met het openbaar vervoer verder. In de buurt van het voetbalstadion is een treinstation (Wembley Stadium) en een metrohalte (Wembley Park). Als je bent uitgestapt, doemt meteen het gigantische stadion op. Met meer dan 90.000 zitplaatsen is Wembley ook het grootste stadion van het hele EK.
De stad Amsterdam voldoet met Schiphol aan één van de belangrijkste eisen van de UEFA. Bovendien is de treinverbinding met de Amsterdam ArenA optimaal. De stad mag dus ongetwijfeld veel voetbalsupporters verwelkomen. Daarbij gaat het zeker niet alleen om buitenlandse fans. Van de vier wedstrijden die in Amsterdam gespeeld worden, zijn er in principe twee gereserveerd voor het Nederlands elftal. Al is er nog wel die kwalificatie die roet in het eten kan gooien.
De Belgische hoofdstad Brussel staat ook in het rijtje met speelsteden. Uiteraard, kunnen we wel zeggen. Want het was toch vreemd geweest als de hoofdstad van Europa tijdens het EK 2020 ontbrak. Brussel wil meteen indruk maken op al die voetbalfans die op het continent rondlopen. Er komt een nieuw stadion met plek voor ruim 62.000 man. En na afloop van de wedstrijd biedt Brussel genoeg mogelijkheden om een pintje te drinken.
Nóg een stad waar het bier rijkelijk vloeit, is München. In de Allianz Arena kun je drie groepswedstrijden en een kwartfinale bekijken. Wil je na de wedstrijd meteen terug naar huis? Na een vlucht van 1,5 sta je alweer op Schiphol.
Kopenhagen is de stad van de kleine zeemeermin, de Nyhavn en pretpark Tivoli. Maar tussen al die toeristische plekken staat ook een voetbalstadion, Parken genaamd. Wie altijd al eens naar Kopenhagen wilde en tegelijkertijd groot fan is van het EK voetbal, slaat in 2020 twee vliegen in één klap. In het Parken stadion worden namelijk vier wedstrijden gespeeld. Doordat dit het kleinste stadion is dat op de lijst staat (met ‘slechts’ 38.000 plekken voldoet het eigenlijk niet aan de eisen van de UEFA), voelt het knus en gezellig aan. En dat is exact de sfeer die in heel Kopenhagen hangt.
Voor het EK 2020 zijn er een aantal speelsteden geselecteerd die je in eerste instantie misschien niet zou verwachten. Verrassend is bijvoorbeeld de naam Bilbao. In plaats van Madrid of Barcelona heeft de voetbalbond gekozen voor deze hoofdstad van Spaans Baskenland. Speciaal voor het EK wordt er een nieuw stadion gebouwd, dus dit kan weleens een slimme keuze zijn geweest.
Als je tijdens het EK naar Groot-Brittannië gaat, kun je proberen om tickets te scoren voor de halve finale of de finale in Londen. Maar voor die tijd kun je nog een aantal wedstrijden meepikken in het Schotse Glasgow. De wedstrijden worden gespeeld in Hampden Park. Dit is het enige EK-stadion dat normaal gesproken de thuisbasis is voor een amateurclub, al is het Schotse elftal hier ook kind aan huis.
Nu we toch aan de andere kant van het Kanaal zijn, reizen we even door naar de Ierse hoofdstad Dublin. Je associeert deze stad waarschijnlijk met pubs, Guinness bier en de liefde voor rugby. Dat laatste ervaar je zelf als je een EK-wedstrijd in de Dublin Arena gaat bekijken. Tijdens het EK is het hier tijd voor voetbal, maar de rest van het jaar worden er ook veel rugbywedstrijden gespeeld. Misschien krijg je er wel een nieuwe passie bij.
Heel Europa is betrokken bij het EK 2020. De Oost-Europese voetbalfans hoeven dus niet helemaal naar Londen, Amsterdam of Bilbao te reizen om een wedstrijd bij te wonen. In de Roemeense hoofdstad Boekarest is er hard gewerkt aan de bouw van een nieuw stadion, dat de naam Arena Națională draagt. Met drie groepswedstrijden en een achtste finale vallen hier zeker een aantal interessante duels te zien.
Wie ooit in Boedapest is geweest, zal beamen dat dit één van de mooiste steden van Europa is. En als je toch in het vliegtuig stapt voor een voetbalwedstrijd dan is het fijn dat je in een gezellige en interessante stad terechtkomt. Boek een hotel, ga naar één van de drie groepswedstrijden of de achtste finale en geniet van alles wat de Hongaarse hoofdstad te bieden heeft.
We hadden het eerder al over Bilbao, dat verrassend genoeg was toegevoegd aan de lijst met speelsteden. Een andere stad die je misschien niet verwacht, is Bakoe. Toch is er in deze hoofdstad van Azerbeidzjan een gloednieuw stadion verrezen dat aan alle eisen van de UEFA voldoet. Het Nederlands elftal zal hier waarschijnlijk niet spelen, maar voor neutrale supporters is een wedstrijd in Bakoe ook een hele belevenis.
Sint-Petersburg is in de eerste plaats een zeer culturele stad. Maar het voetbalhart van de Russen gaat zeker harder kloppen als ze aan Sint-Petersburg denken. Voor het WK van 2018 wordt er namelijk een compleet nieuw stadion uit de grond gestampt. De Zenit Arena was daarna meteen een perfecte kandidaat voor het EK 2020. Vergeet de Hermitage en de paleizen van de Russische tsaren en laat je verrassen door de liefde voor voetbal die in deze stad heerst.
Samen met München, Bakoe en Sint-Petersburg vormt Rome de vier speelsteden voor de kwartfinales. Het Stadio Olimpico wordt grondig verbouwd om al die trotse voetbalfans te kunnen herbergen. Na de wedstrijd kun je lekker de stad in om een drankje te drinken op één van de vele pleinen die Rome rijk is. Met het Colosseum of de Trevifontein op de achtergrond ga je optimaal genieten.